U bent hier
Home > Nieuws > Overdracht schilderijen Jan Kieft aan Betje Wolffmuseum

Overdracht schilderijen Jan Kieft aan Betje Wolffmuseum

Onthulling en overdracht van twee schilderijen van Jan Kieft aan het Betje Wolffmuseum (en hoe Jacobus Bouman postuum met zijn broer Hendrik herenigd werd)

Zaterdagmiddag half vier op de 29e februari was er de feestelijke overdracht van twee fraaie portretschilderijen gemaakt door de bekende Rijper portretschilder Jan Kieft (1798-1870) en afkomstig van de Familie Stolp die nu een prominent plaatsje hebben gekregen in het Betje Wolffmuseum. Onder het toeziend oog van diverse familieleden werd de akte van overdracht getekend, maar niet voordat Paul Stolp een korte toespraak had gehouden waarbij de teneur was dat hij blij was dat in de toekomst deze twee portretten voortaan voor iedere bezoeker van het museum zichtbaar zullen zijn in de tuinkamer van het museum.

Aafje de Jong had nog in haar korte toespraak geopperd dat misschien de tuinkamer moet worden omgedoopt in de Boumankamer? Er hangen namelijk nu vier portretten samen in één kamer: Jacobus Bouman met zijn vrouw Aaltje Olie, en nu in gezelschap van zijn broer Hendrik met zijn vrouw Grietje Smit.

Klaas Visser van het Historisch Genootschap Beemster liet ons een overzichtelijke stamboomkaart zien van de familie Bouman en vertelde wat achtergrondinformatie.

Alie Vis had in haar korte voordracht nog het belang van Jacobus Bouman benoemd, een belangrijk en geleerd man, die vele boeken had gelezen en geschreven, en die ook nog vaardig was geweest in bijvoorbeeld het maken van mooie houtuitsnijdingen, waarvan ze een voorbeeld had meegebracht. Samen met Paul Stolp onthulde Alie de twee schilderijen onder applaus van een enthousiast publiek. Weldra werd het glas geheven door de familieleden en een aantal vrijwilligers die de huldiging tot een gezellige en geslaagde middag maakten.

Toeval bestaat niet? Soms loopt alles anders dan je denkt, en ons leven lijkt som gekruist te worden door allerlei vreemde kronkels en gebeurtenissen die later van beslissende betekenis blijken te zijn. Zo hingen deze schilderijen niet in huis van de ouders van Paul Stolp, de stolp Pijlenburg, die op 6 januari 1947 helemaal uitbrandde, maar dat had zomaar gekund, vertelde Paul het toehorend gezelschap. Paul kent ook goed de geschiedenis van Jacobus Bouman die ook gedichten heeft geschreven en spontaan begint hij een vers van hem uit zijn geheugen te declameren als ik even later met hen een klein onderhoud heb. Een dochter van Paul vertelde hoe ze vanaf haar jeugd is opgegroeid met deze twee schilderijen, en het prima vindt dat ze hier zo´n mooie plek hebben gekregen. Ook bij de opgravingen rondom de Keyserkerk speelde trouwens toeval een rol.

De opgraving bij de oude begraafplaats rondom de Keyserkerk

Van 13 juni tot en met 5 augustus 2011 hebben archeologen in samenwerking met de Universiteit Leiden zoals de meeste wel zullen weten daar een archeologische opgraving uitgevoerd. Vincent Falger vertelde ons onder aansporing van Aafje over de klus die ze hebben uitgevoerd bij de kerk. Met veel vrijwilligers en met instructies van de archeologen, zijn ze daar aan de slag gegaan. Daar hebben ze letterlijk botje bij botje gelegd, met tandenborstels schoon geschraapt en dankzij de hulp van een gekregen plastic model van een geraamte konden ze de diverse onderdelen van het menselijk lichaam herkennen en indelen. Daar werd ook een graf gevonden dat nog in redelijk ongeschonden staat bleek te zijn door de gebruikte kopspijkertje en de dure uitvoering van de kist. Dat bleek de kist te zijn van Dirk Oly. Dankzij deze bekende naam konden ze andere familieleden rondom herkennen en ook de vrouw van Jacobus Aaltje Oly (of Olie) die nog op deze oude begraafplaats was begraven en daardoor kon worden verenigd met Jacobus die op de nieuwe begraafplaats lag die omstreeks 1866 in gebruik is genomen. Alleen weet men niet precies waar Grietje Smit is gebleven, ze is heel oud geworden, en moet dus ook op de nieuwe begraafplaats ergens liggen of hebben gelegen. Wellicht dat dit door onderzoek in archieven nog eens boven water komt…

De West-Friese Kap

Ook Grietje blijkt net als Aaltje zo´n prachtig rijk uitgevoerde kap te dragen. Volgens Paul zijn dit soort kappen met ook die specifieke grote toertjes haar (dat was toen de mode maar werd langzamerhand steeds kleiner) behoorlijk zeldzaam geworden. In ieder geval is het een feest om naar te kijken. De tuinkamer is nu het eigendom geworden van deze twee vrouwen met hun mannen, ja ze zullen weer heel wat bij te praten hebben, als u stil bent en goed luistert kunt u al hun verhalen horen, en als ze zwijgen zijn de vrijwilligers die u hartelijk ontvangen, indien gewenst met koffie en de beroemde Betje Wolff-bonbon, bereid hun verhalen aan u door te vertellen. Al met al is het museum zeer vereerd en tevreden met deze toevoeging. Komt allen dus dit zien!

Cor

Top